Het saminisme was een beweging die eind negentiende eeuw opkwam en zich verzette tegen het Nederlandse kolonialisme in Nederlands-Indië. Daarmee is het verzet van de Samin-beweging ouder dan nationalistische Indonesische organisaties, hoewel deze wel degelijk van elkaar verschillen. Het saminisme is vernoemd naar Samin Surosentiko (1859-1914) en ontstond in Midden-Java.
De koloniale macht werd steeds meer gecentraliseerd in Nederlands-Indië. Het toezicht van ambtenaren had zelfs invloed op kleine, afgelegen dorpen, die eerst een sterke eigen samenleving gebaseerd op de adat (traditie) hadden. Nederlanders creëerden houtvesterijen: bossen bedoeld voor exploitatie van de overheid. De impact hiervan was groot op de Indonesiërs: ze mochten daar geen hout meer kappen, waardoor hun inkomsten flink afnamen en hun financiële situatie verslechterde. Rondom Blora en Bojonegoro, gebieden met veel djatihout (teak) op Java, ontstond de Samin-beweging.
Hetzelfde
Samin Surosentiko werd geboren als Raden Kohar in 1859. Hij veranderde zijn naam in Samin: het Javaanse woord ‘sami’ betekent ‘hetzelfde’, omdat in zijn ogen alle levende wezens gelijk waren. Rond 1890 begon Samin Surosentiko met het verkondigen van zijn ideeën over vreedzaam verzet. Hij moedigde anderen aan om geen belasting meer te betalen aan het kapitalistische koloniale systeem en om djatihout te blijven halen uit de bossen. Ook sprak hij over een naderende dag van afrekening waarop de witte man van zijn troon gestoten zou worden. Volgens hem zou dan een tijdperk van orde en vrede aanbreken.
Analfabeet
De Samin-beweging had op het hoogtepunt ongeveer 3000 volgelingen. Het verzet van de boeren en landeigenaren was bijzonder voor deze tijd. Samin Surosentiko was analfabeet, net als zijn volgers. Dit was ook een gevolg van het koloniale beleid: pas vanaf 1900 kwam de ethische politiek op en werd onderwijs voor Indonesiërs gestimuleerd. Er bestaan dus geen teksten over de beweging van saministen zelf. Daarbij besteedde Nederland in eerste instantie weinig aandacht aan het verzet. Begin twintigste eeuw verspreidde de Samin-beweging zich over de dorpen rond Blora en Bojonegoro. Saministen begonnen zich vervolgens terug te trekken uit de dorpse samenleving: ze weigerden hun dieren in de gemeenschappelijke kuddes onder te brengen en bij te dragen aan de rijstbanken. Met de belastingverhogingen in 1906 en 1914 groeide ook het saminisme.
Ratu adil
Toen ook Samins familieleden zijn ideologie gingen verspreiden groeide het aantal aanhangers tot ongeveer 3000. Samin Surosentiko werd door zijn volgers tot ratu adil benoemd, wat rechtvaardige heerser betekent. Dit was niet zijn eigen claim, maar hij kon dit niet weigeren. De Nederlanders vreesden een opstand en hij en enkele aanhangers werden vastgehouden tijdens een selamatan in 1907. Samin wist te ontkomen, maar werd na enkele dagen onderschept en verbannen naar Sawahlunto in West-Sumatra. In Nederlands-Indische kranten werd hij afgeschilderd als anarchist en communist. Hij stierf in 1914 in Padang.
Samins familieleden en aanhangers zetten de beweging voort. In 1912 weigerden saministen naar school te gaan vanwege de vakken. In een rapport van assistent-resident J.E. Jasper uit 1917 is te lezen dat het aantal aanhangers is gedaald van ongeveer 3000 naar 2305. Later vond nog sporadisch verzet plaats. Tijdens de anticommunistische massamoorden in 1965-1966, waardoor Soeharto aan de macht kwam, werden saministen beticht van communisme omdat ze niet geloven in één god. Nog altijd zijn er aanhangers in Indonesië van wat nu Sedulur Sikep heet.
Educate yourself is een serie artikelen en interviews over de Indische en Molukse geschiedenis. Hoewel het een langdurig gedeelde geschiedenis is, blijft deze in Nederland onderbelicht. Daarom gebruikt MDBP de veelgehoorde kreet ‘educate yourself’ om deze geschiedenis in een wekelijkse serie verder uit te diepen.