Op 19 oktober 1945 werd Gadjah Merah opgericht in Thailand. Deze KNIL-eenheid bestond uit ongeveer 1600 voormalige krijgsgevangenen die tijdens de Tweede Wereldoorlog aan de Birmaspoorlijn werkten. De mannen waren zwaar getraumatiseerd door de oorlog en de genadeloze dwangarbeid onder de Japanners. Ze waren er fysiek en mentaal zeer slecht aan toe. Daarom had volgens een Engelse arts driekwart van de voormalige krijgsgevangenen direct afgekeurd moeten worden.
De keuring was dus niet heel streng, en daarbij gaven de mannen zich vrijwillig op om te vechten. Hun drijfveer was vaak dat ze dierbaren hadden verloren tijdens de Bersiap: een gewelddadige periode na het uitroepen van de Indonesische onafhankelijkheid waarin (vermeende) pro-Nederlandse mensen, zoals (Indische) Nederlanders en Molukkers, hun leven niet zeker waren in Indonesië. Na een korte maar zware training onder Engelse officieren vertrokken de mannen van Gadjah Merah naar Indonesië om ‘orde en vrede’ te laten terugkeren; in werkelijkheid was er een nieuwe oorlog begonnen.
Rode olifant
Gadjah Merah betekent ‘rode olifant’ in het Maleis/Indonesisch. Olifanten waren niet alleen het nationale symbool van Thailand, maar werden ook als werkkracht gebruikt bij de Birmaspoorlijn om boomstammen te verplaatsen. Het rood staat voor het bloed tijdens de oorlog. Over de beruchte spoorlijn wordt vaak gezegd dat er voor iedere biels of meter een dode is gevallen.
Bali
Gadjah Merah kwam begin maart 1946 aan op Bali. Vanuit Sanur rukten ze op. Het Nederlandse leger rekende op weinig verzet van de Balinese bevolking: in hun ogen was vooral Java ‘extremistisch’. In feite stond Bali nog geen veertig jaar onder direct Nederlands bestuur en begon het na een maand onrustig te worden. Nederlandse officieren schreven in een rapport over de dreigende ‘totale ontwrichting’ van het sociale systeem door ‘terreur van revolutionaire jeugd’. In de eerste week van april werden al 52 Balinezen vermoord, blijkt uit een rapport van kolonel Frits ter Meulen. Historica Anne-Lot Hoek beschreef een netwerk van vijftig kampen op Bali, opgezet door het Nederlandse leger, waar in minstens de helft van de kampen gevangenen systematisch werden gemarteld en vaak werden vermoord. Duizenden Balinezen werden gevangengenomen.
Verantwoordelijkheid
De Gadjah Merah werd als eerste ingezet tijdens gevechten, waarna de militairen uit het Nederlandse leger volgden. De mannen van Gadjah Merah stonden bekend om hun harde optreden. Ze voelden een grote mate van verantwoordelijkheid naar elkaar door hun gedeelde verleden. Eind maart ging het eerste bataljon (later: Infanterie X KNIL) verder naar Lombok, ten oosten van Bali. “Na een half jaar was het hier wel ‘gefikst’ en werd de brigade overgebracht naar Sumatra, waar zij tot het einde van haar bestaan bleef”, schreef De Nieuwe Limburger. In juli 1946 werd de Y-Brigade opgericht, waarin de Gadjah Merah is overgegaan.
Tekst gaat verder onder de foto
Palembang
Eind 1946 vond de strijd om de Sumatraanse stad Palembang plaats. Het republikeinse leger TRI had zich in de buurt van het Nederlandse leger opgesteld. De Nederlanders vermoedden dat ze in gevaar waren en begonnen de TRI aan te vallen. Er werd veel geschoten: hiermee werd het staakt-het-vuren dat slechts een paar dagen van kracht was, verbroken. Nederland ging de demarcatielijn over en bezette bestuurskantoren. De strijd om Palembang duurde vijf dagen. Toen was de stad weer in handen van Nederland.
Operatie Product
Ook werkten de voormalige krijgsgevangenen mee aan Operatie Product, die in juli 1947 begon. Het was de eerste grootschalige militaire actie van Nederland tijdens de oorlog en werd vroeger ook wel verhullend de eerste ‘politionele actie’ genoemd. Het doel was om belangrijke economische gebieden terug te winnen, zoals plantages. De Y-Brigade hield zich vooral bezig met het heroveren van olie- en steenkoolvelden. Eind 1949 werd de Y-Brigade opgeheven.
Boeken over de Gadjah Merah:
– Het kind met de Japanse ogen (2018) van Reggie Baay gaat over zijn vader Pieter Baay.
– Verborgen dageraad (1988) van Joop Hulsbus, hoewel een passage uit dit ‘autobiografisch dagboek’ is ontkracht is het een van de weinige gepubliceerde egodocumenten uit de eerste hand. Hulsbus was gelegerd op Bali.
Educate yourself is een serie artikelen en interviews over de Indische en Molukse geschiedenis. Hoewel het een langdurig gedeelde geschiedenis is, blijft deze in Nederland onderbelicht. Daarom gebruikt MDBP de veelgehoorde kreet ‘educate yourself’ om deze geschiedenis in een wekelijkse serie verder uit te diepen.