Vilan van de Loo is onderzoekster en schrijfster. Haar interesse gaat uit naar het oude koloniale Indië. Daar schrijft ze bij voorkeur haar boeken over. Ze is ook initiatiefnemer van De Indische Schrijfschool. Zij is vaste columnist bij ons en elke week verschijnt er een nieuwe column van haar hand.
Jawel, het is weer Boekenweek, en het ene boek is nog mooier dan het andere deze week, valt u dat ook op? Als u nu zegt: “En zo hoort het ook”, dan heb ik voor u een waarschuwing. Die is: lees nooit een boek van Henri Borel (1869-1933). Vooral niet ‘Het Jongetje’ (1898), ‘Het Zusje’ (1900) en helemaal niet ‘Levenshonger’ (1902). De kans is er, want misschien komt u in een kringloopwinkel en u denkt: dat ziet er fraai uit, en voor die ene euro, wat kan me gebeuren. Want ja, zijn boeken zijn uitstekend vormgegeven, dat wel, en goedkoop zijn ze tegenwoordig ook, maar zeker voor de roman ‘Levenshonger’ geldt:
Mooi van buiten, rot van binnen.
Voor het allereerste PINDAH* tijdschrift mocht ik met anderen mijn top vijf aanleveren van Indische boeken. Op de eerste plaats zette ik ‘De tienduizend dingen’ (1955) van Maria Dermoût en ook ‘Levenshonger’ zette ik erbij, maar dit boek gaf ik een leeswaarschuwing. Het boek is namelijk alles wat we nu moeilijk vinden om te lezen: racistisch, seksistisch, een factor me-too, platte seks, en daardoor gaat het in tegen de politiek correcte gedachte dat lezen fijn is en dat je jezelf in een boek moet kunnen herkennen. Wie herkent zich in een man die zijn Indonesische concubine schandelijk behandelt, bedenkt dat hij seks moet hebben met een pur sang Hollandse vrouw om daarna in het openbaar zelfmoord te plegen? Ik niet. Het is een afschuwelijk rotboek, dat ik koester. Ik heb het ademloos gelezen en daarna weer.
Want Henri Borel zet een deur voor me open naar een leven dat voor mij onbekend is.
Borel kan zo goed schrijven, dat hij je meeneemt in de wereld van deze hoofdpersoon. Je zit in zijn hoofd. In zijn leven. Je kunt niet weg en toch blijf je jezelf, met gevoelens van walging en afkeer. En je weet: zo was de wereld toen, niet voor iedereen, maar wel voor deze man en zijn vrienden, of wie daarvoor moeten doorgaan. Eigenlijk zijn dat de beste romans uit de Indische literatuur. Ze ontsluiten een manier van denken en kijken en voelen die je liever niet wilt leren kennen en waarvan je toch weet: dit was er óók. Maar ja, niet iedereen kan daar tegen. En in de Boekenweek die we nu beleven, gaat het over mooie en aangenaam-leerzame boeken. Daarom zeg ik het nog een keer: lees nooit iets van Henri Borel.