Bi-culturele Mingue: “Als je me ziet denk je niet: Hey, iets Surinamigs”

Geplaatst in: Identiteit, Portret, Interviews, Muziek
Barry Marré
Singer-songwriter Ai Ming Oei, artiestennaam Mingue, heeft een Chinese vader die deels opgroeide in Indonesië en een half Surinaamse, half Nederlandse moeder die opgroeide op Aruba. Al die culturen ziet ze als een verrijking.

 

Kun  je iets over jezelf en het gezin waar je uit komt vertellen?

Ik kom uit een gezin van drie kinderen: Ik heb een oudere broer en een jongere zus. Alleen mijn zusje woont in Amsterdam, die heeft daar een tandartspraktijk genaamd ‘De Amsterdamse Tandarts’. Verder wonen wij allemaal in Rotterdam. Mijn ouders zijn net naar een mooi appartement bij de Kralingse Plas verhuisd en genieten van de combinatie stad en plas/bos. Ze zijn met pensioen (mijn vader was apotheker). Mijn broer is aerospace engineer en heeft een gezinnetje. Mijn Chinese vader heet Ing Tjwan Oei en is deels opgegroeid in Indonesië. In 1962 zijn z’n ouders met hun kinderen gevlucht naar Nederland.

Mijn vader en zijn broertjes en zusjes dachten dat ze op vakantie gingen, maar bleken te emigreren.

Ze woonden in barakken en mijn vader moest als veertienjarige naar groep 8. Gelukkig had mijn opa een goede opleiding genoten in Delft. Hij was chemicus en vond werk. Zo kon het gezin langzaamaan een leven opbouwen in Nederland. Mijn moeder is half Surinaams en half Nederlands en opgegroeid op Aruba. Zo had ik een heel Surinaamse oma en een heel Chinese oma, die ten tijde van mijn jeugd allebei in Nederland woonden. Al deze culturen kregen wij ook mee in onze jeugd. Natuurlijk bij het eten, maar ook culturele trekjes als: diploma’s en opleiding zijn heilig (Chinees) en familie, gezelligheid, muziek, dat was typisch mijn Surinaamse oma. Daarbij groeiden we ook nog eens op in Nederland en doorbraken wel wat culturele familiaire hiërarchie. Onderhandelen, tegen onze ouders in gaan, ze vrij aanspreken, dat is minder gepast in de Aziatische en Surinaams/Antiliaanse cultuur, maar was wel normaal in ons gezin. We zijn een hecht gezin, zoeken elkaar veel op en hebben non-stop contact via meerdere WhatsApp groepen. Iedereen is op de hoogte en betrokken. Overigens geldt dat ook voor ons contact met alle neven en ooms en tantes. We zijn vaak samen op vakantie geweest, skiën en tweemaal naar Indonesië.

De eerste keer in Indonesië/China  … En wat voor indruk liet het op je na?

De eerste keer naar Indonesië was ik nog jong, een jaar of acht. Met het gezin reisden we vijf weken door het land. We bezochten heel veel familie en kregen steeds tjendol te drinken. Of soms hele zoete zwarte ijsthee. Maar ik hield niet van die stukjes in de tjendol en de thee was te zoet. Ik herinner me dus veel dorst! Verder herinner ik me de agressieve verkopers op straat, vond dat best intimiderend. We kwamen dan ook thuis met heel veel souvenirs. Jaren later zijn we als gezin en met ooms en tantes nog twee keer terug geweest. Bezochten we mijn vaders dorp Plaju, bij Palembang en zijn school, maar ook het land en de cultuur. Onder andere het prachtige Toba meer en Sulawesi stonden op het programma. Voor mijn werk vertrok ik ook meermaals naar Azië; Naar Bali voor een writingcamp en naar China ben ik twee keer geweest voor optredens in clubs en op festivals.  De tours waren heel tof, we hebben enorme shows gespeeld en hele leuke mensen ontmoet. Avontuurlijk waren de nachttreinen. Eigenlijk voel ik mij in Azië; Indonesië, China, Vietnam altijd gelijk thuis. Het eten, hoe de mensen eruitzien, het tropische klimaat. Ik herken zoveel, ik hou ervan, ik gedij er goed in! Dat van de agressieve verkopers ben ik trouwens niet meer tegen gekomen. Misschien is dat in de loop der jaren veranderd.

Wat betekent je Chinese naam en zorgt het vaak voor verwarring?

Ai Ming betekent ‘ik houd van helderheid’. Er zijn vast veel mensen die dit herkennen, maar het eeuwige moeten uitspellen van je naam en dan zien dat het alsnog met kleine letters en een streepje wordt geschreven, tsja het hoort erbij. Of de reactie op mijn achternaam Oei. Er moet altijd iets over gezegd worden of er wordt even onhandig om gelachen. Verder heb ik ook nog een eerste naam, Angelica, maar dat is niet mijn roepnaam. Dat is Ai Ming. Als is dat al 20 jaar ook geen Ai Ming meer, maar Ming. En door mijn artiestennaam nu Mingue. Nou ja, verwarring alom…

Hoe omschrijf je je eigen culturele identiteit?

Ik ben een mixt-baby, bi-cultureel. Als kwart Nederlander, opgegroeid in Nederland met ouders die middenin de maatschappij stonden (mijn moeder was vroeger verpleegkundige en deed en doet vrijwilligerswerk) was er nooit een kloof tussen de andere culturen en het Nederlands zijn. Op zich is Nederland ook onderdeel geweest van de cultuur van mijn ouders, aangezien de Hollanders het één en ander hadden gekoloniseerd en de vader van mijn moeder een Fries op Aruba was. Ik ervaar mixt-baby zijn wel als een plus. Je hebt meer inzicht in hoe een cultuur anders kan zijn dan de Nederlandse en dat dit niet eng is, maar juist mooi. Als je me ziet denk je niet: hey, iets Surinamigs! Maar ik heb mijn oma zien dansen en brassa’s, knuffels, zien gegeven. Er werd luid gesproken en ik zag het complexe resultaat van een slavernij verleden. Verder heb ik van alles gegeten en gedronken. Van tjendol tot orgeade tot de heerlijkste jasmijn thee.

Als veganist eet ik nu het hippe tofu, maar tahoe en tempeh, dat aten we vroeger elke week!

Hoe ga jij om met het leven tussen meerdere culturen?

Het is voor mij niet moeilijk, maar misschien omdat ik toch ook wel erg Nederlands ben. Ik vind het eerder opvallend dat ik andersom soms overvallen word door een gevoel dat ik, als ik bijvoorbeeld in China ben, bij de Chinezen zou willen horen, of dat ik ze graag wil vertellen dat ik ook Chinees ben (dat doe ik dan niet.) Mijn vriend, zelf ook Nederlands/Indonesisch/Chinees kreeg dat gevoel ook toen we in Indonesië waren. Natuurlijk heb je in Nederland nog heel veel meer culturen en ik vind dat heerlijk. Ik geef zelf bijvoorbeeld een dag per week les op de Rockacademie in Tilburg en ben daar bijna de enige met buitenlandse roots. Dat mag een stuk gemixter wat mij betreft. Het nuchtere Nederlandse kan wel wat emotionele schwung gebruiken.

Leukste uit die culturen?

De familiewaarden! In Nederland hoor je soms dat broers en zussen niet close zijn. Voor mij is dat onbegrijpelijk. Al van jongs af aan wisten we: dit zijn je mensen, verlies elkaar nooit. Met onze Chinese kant (ook allemaal gemengde huwelijken), vierden we alle verjaardagen met alle neefjes en ooms en tantes, evenals kerst en oud en nieuw. Dat vonden we als kinderen ook heel leuk. We gingen bij elkaar logeren en toen we ouder waren, samen stappen. Mijn familie heeft me veel zien optreden en we volgen elkaars belevenissen en prestaties op de voet.

Stomste uit die culturen?

De druk om te studeren en presteren uit de Chinese cultuur (grappig genoeg totaal overgenomen door mijn niet Chinese moeder), sluit wel wat beroepskeuzes uit. Ik ben uiteindelijk wel naar het conservatorium gegaan, met toestemming van mijn ouders, maar dat is vrij ongewoon. Van de zes neefjes, mijn broer en mijn zusje en ik, ben ik werkelijk waar de enige die naar het hbo is gegaan na het vwo. De rest is engineer, tandarts, consultant en eentje zit in de artificial intelligence. We hadden een abonnement op TU Delft, haha. Iedereen is gelukkig hoor, ze bereiken hun volle intellectuele potenties, maar ik hoop dat we het bij de nieuwe generatie een beetje kunnen laten vieren. Een kunstenaar, een profvoetballer, een schrijver, ik zie het wel zitten! Maar ja, nu merk je, ik doe ik het ook. We zijn ambitieus en in ieder geval voor het maximaliseren van je potentie.

Hard werken, je committeren en je blijven ontwikkelen. Dat is niet stom, maar de balans moet juist zijn.

Ik ben super-Nederlands, omdat..

Ik ben opgegroeid te midden van alles westerse weelde en heb altijd meegedraaid in dat systeem, dat maakt me heel Nederlands. Oh, en ik ben gek op stamppot! Aardappel over het algemeen vind ik heerlijk, al hoor ik eigenlijk vooral dat bij Nederlanders aardappel hun echt de keel uit is gaan hangen, aangezien ze dat in hun jeugd te veel (doodgekookt) hebben moeten eten. Het is dus misschien niet super-Nederlands om van aardappel te houden.

Ik ben super-Aziatisch, omdat..

Ik weet niet of ik mezelf super-Aziatisch kan noemen. Ik eet wel vaak Aziatisch, elke dag maak ik noodles met groenten als lunch. Verder houd ik van kunst van kunstenaars uit Azië. Zhang Xiaogang maakt van die mooie vervreemde portretten en als er in Nederlands exhibities zijn van Chinese kunstenaars (bijvoorbeeld in het Wereldmuseum in Rotterdam), dan ga ik ook altijd even kijken.

Kan je vertellen waar je nu mee bezig bent?

Ik ben songwriter, vocalist, artiest. Ik schrijf veel muziek met andere schrijvers en producers van over de hele wereld. Live, maar nu vooral over Zoom. Die muziek breng ik dan weer uit met Dj’s. Het is veelal dance- en popmuziek, in de breedste zin van het woord. Verder interview ik voor anti-discriminatieplatform hetgesprek.online en geeft ik een dag per week les aan de songwriters op het hbo.

Wat is je favoriete gerecht?

Ik kan er onmogelijk eentje noemen! Ik ben proud to be vegan, wil al het dierenleed de wereld uit helpen en geniet enorm van plantbased gerechten. Het is gezond en dierenleed vrij en laat een minimale voetafdruk achter. Buffalo Cauliflower Wings, vegan Mapo Tofu, heerlijk! En één van mijn favorieten is de vegan Laksa (noodle soup) van Noo.Mie. De laatste keer dat ik nog vis wilde eten was trouwens in China. En toen kwam het bekende verhaal: ik moest een levende vis uitzoeken, die ze vervolgens voor me hebben afgemaakt en verwerkt in het gerecht.

Ik ging kapot van schuldgevoel en kon het niet eten, toen was het over.

Op welke prestatie ben jij het meest trots?

Dat het mij al jaren lukt om als kunstenaar in de creatieve sector te werken. De muziekindustrie is er eentje waarin je kwaliteit moet leveren, maar ook waarvoor je ondernemend moet zijn en je moet het lang kunnen volhouden. En je moet een beetje geluk hebben.

Wat is je grootste uitdaging geweest?

Volwassen worden op de manier dat je ook over volwassen dingen moet beslissen, zoals een gezin stichten of niet. Ik ga nu trouwen, heb een nieuw huis gekocht en de volgende stap zit er misschien ook aan te komen. Ik ben nu 36 en kan wel concluderen dat ik een laatbloeier ben en nog steeds wel een beetje een bange schijterd voor het moederschap. Ik zie er jong uit en werk een door jongeren gedomineerde industrie, misschien helpt dat ook niet.

Welke doelen streef je nu na?

Ik ga voor meer en meer succes als songwriter en artiest. Willen groeien zit er ingebakken. Mooie releases schrijven voor grote artiesten, het maakt me niet uit hoe de radiohit er komt, als ik er maar aan heb meegewerkt. Nu gaat het trouwens erg goed met de streaming op Spotify, maar dat is het vette in de muziekindustrie, het kan altijd beter! En ik wil dat, zodat mijn carrière nog een stukje duurzamer wordt.

Wat motiveert jou om elke dag je bed uit te komen?

Als het even kan houd ik van rustige ochtenden. Een kopje koffie, het nieuws kijken en als ik dan helemaal wakker ben, vind ik het heerlijk om een schrijfsessie te doen. Een lied creëren met toffe mensen is gewoon heel erg leuk. Het is melodie, harmonie, taal, zingen, sound… Er komt veel samen.

Wat is je motto? of een quote van jou of jouw favoriete quote?

In het kader van discriminatie: Houd je mond en luister, het gaat niet over jou, het gaat over de ander.

Als je door de tijd zou kunnen reizen, welk advies zou je dan je jongere zelf geven?

Durf groot te denken! Nee, nog groter!

Heb je nog een Film/boek/muziek tip?

Mingue op Spotify!

Verder lezen

Interviews     Film

Acteurs The Brothers Sun over Aziatische representatie in Netflix-serie: ‘Personages die op de eerste plaats echt menselijk zijn, in plaats van karikaturen’

Column

Column: DETA-jongens in Nieuw-Guinea

Column     Identiteit
Educate yourself

Column: Zo werd Mas Klentar een Staatsblad-Europeaan