Column: Dag Paatje

Geplaatst in: Column, Identiteit
Still uit interview

Vilan van de Loo is onderzoekster en schrijfster. Haar interesse gaat uit naar het oude koloniale Indië. Daar schrijft ze bij voorkeur haar boeken over. Ze is ook initiatiefnemer van De Indische Schrijfschool. Zij is vaste columnist bij ons en elke week verschijnt er een nieuwe column van haar hand. 

Het bericht golfde over social media: Paatje was vertrokken naar zijn Schepper. Een gelovig man, en al bij leven een legende. Volgend jaar zou hij honderd worden, maar als het je tijd is, dan is het je tijd.

Het is een eretitel: Paatje. Een titel met respect en tederheid, voortkomend uit zijn leerlingen aan wie hij Pencak Silat onderwees. Iedereen nam het over. Ook ik toen ik hem ontmoette. Wanneer dat was, kan ik me niet meer herinneren. Op de Tong Tong Fair was hij er altijd en zag ik hem niet, dan hoorde ik wel van anderen dat hij aan het dansen was. Zijn Melati-vlag stak ergens van een kraam of ik las een aankondiging dat hij een demonstratie in het theater zou geven, met extra tips zelfverdediging voor vrouwen.

Paatje heette Verdi Phefferkorn, maar weinig mensen spraken hem bij zijn voornaam aan. Ik had er ook moeite mee. Toen ik hem in het theater interviewde zei ik vanzelf Paatje. Maar toen ik bij hem thuis mocht komen, kon ik soms Verdi zeggen. Hij vertelde over het geloof, zijn leven, de sportscholen die hij had opgezet en vooral hoe belangrijk hij het vond om met de jongeren te blijven delen wat hij wist over Indië.  Die jongeren kwamen ook veel bij hem.

“Paatje hoe zit dit, hoe zit dat, waarom is iets zus en niet zo.”

Een man met gezag en toch benaderbaar. En een man die voorleefde hoe een mens moet zijn: vriendelijk, oprecht en ook met zelfdiscipline. Toen hij in een rolstoel zat, trainde hij zijn armen. Want dat kon hij wèl.

Mijn favoriete herinnering is de volgende: er was een soos in huize Raffy, met levende muziek, en ik zat ergens voor de zaal in de gang. Vanaf mijn stoel zag ik Paatje door de gang aankomen, rechtop lopend, met verende tred. Hij droeg een bomberjack en dat verleende hem iets cools, zoals James Dean dat ook had gehad. Ik keek hoe de zaal op de binnenkomst van Paatje reageerde. Iedereen zag hem.

Verdi Phefferkorn was een van de oudsten die er nog zijn uit Indië. Er zijn er meer, maar zeker in deze coronatijd zien we ze niet. Voor deze generatie is social media niet zo gemakkelijk, ergens heen gaan is lastig als je onzeker bent over lopen en nou ja, er is nu ook niets om heen te gaan, het rijke Indische verenigingsleven ligt stil. Straks zijn er weer koempoelans, en dan denken we aan hem.

Kijk hieronder naar video’s waarin Vilan van de Loo in gesprek is met ‘Paatje’.

 

Verder lezen

Identiteit     Portret     Interviews

Kevin Doan: “Jongeren bepalen of racisme in de toekomst nog zal bestaan”

Erfgoed

Anna May Wong in Hollywood

Column

Column: Waarom er vroeger al Indië-veteranen waren