Column Vilan van de Loo: “Elke ziekte eindigt”

Geplaatst in: Erfgoed
Foto: Studio Salt 'n Pepper

Vilan van de Loo is onderzoekster en schrijfster. Haar interesse gaat uit naar het oude koloniale Indië. Daar schrijft ze bij voorkeur haar boeken over. Ze is ook initiatiefnemer van De Indische Schrijfschool.  Dit jaar verscheen Uit naam van de majesteit, een biografie over de beruchte militair Van Heutsz. Zij is vaste columnist bij ons en elke vrijdag verschijnt er een nieuwe column van haar hand.

In tijden van onzekerheid is het fijn om iemand te kennen die alles weet, nergens aan twijfelt en een en ander bovendien uitgebreid op papier heeft gezet. Ik herlees Ons huis in Indië (1908) van de ooit beroemde kookboekenschrijfster mevrouw J.M.J. Catenius.

Het boek is te vinden op Delpher, wat als voordeel heeft: digitaal leest snel, maar het nadeel van het bladeren door de heerlijk muffe bladeren. Want elk boek van meer dan een eeuw oud heeft deze verrukkelijke geur van belofte. De kookboeken van mevrouw vind ik behoorlijk intimiderend, maar Ons huis in Indië is op een bepaalde manier geruststellend. Het uitgangspunt is overzichtelijk: de Hollandse vrouw die in Indië komt, weet niks, kan niks en wordt daardoor geconfronteerd met duizend-en-één problemen die mevrouw beschrijft en vervolgens oplost. Het is een koloniaal boek, gezien de tijd van publicatie, en daardoor legt het veel uit van het vanzelfsprekende dagelijkse leven.

Opnieuw actueel is het gedeelte over omgaan met ziekte en gezondheid. Gezien mijn zenuwen over corona bladerde ik door naar pagina 238, in het gedeelte over Ziekenverpleging. Mevrouw Catenius houdt ook hier van duidelijkheid:

‘Elke ziekte eindigt met heele of gedeeltelijke genezing, dan wel met de dood.’

Daarna behandelt ze uitgebreid het belang van drie keer per dag temperatuur opnemen en waar, het effect van parasieten in het lichaam (echt, dat wilt u niet weten), het belang van ventilatie en van goede voeding. Ze houdt niet van doekoens, dat vind ik persoonlijk een minpuntje van mevrouw. Net of een westerse arts het per definitie beter weet dan een geneeskundige die mogelijk in een familietraditie staat. Los daarvan zijn haar basisadviezen uitstekend: ventileren (tocht vermijden), reinheid en zindelijkheid, een rustige ziekenkamer, medicatie nemen. En: “Volwassen zieken begrijpen dat alléén stipte nakoming der voorschriften genezing aanbrengt, doch kinderen niet.”

Er is in dit hele boek geen sprake van cholera-feestjes door half-volwassen kinderen die beweren dat ze maar één keer jong zijn, wel van een besef hoe belangrijk gezondheid is.

Het zijn dit soort boeken die me troosten. Vroeger waren er ook beklemmende ziekten en voor een groot deel komen die niet meer voor.  Tenminste, in ons westerse Nederland. Dat is de troost: een ziekte die moeilijk of zelfs levensbedreigend lijkt, kan voorkomen of genezen worden. Nu vast ook. En anders heeft mevrouw Catenius al sinds 1908 gelijk: ‘Elke ziekte eindigt met heele of gedeeltelijke genezing, dan wel met de dood.

Verder lezen

Identiteit     Interviews

Sioejeng Tsao, activist

Cultuur     Recensies     Expressie

#Ontdek

K-pop: Check de uitgebrachte hits van de maand maart

Identiteit     Portret     Interviews     Erfgoed     Muziek

Christie Maat: “Door MyHeritage vond ik een onbekend familielid”