Vilan van de Loo is onderzoekster en schrijfster. Haar interesse gaat uit naar het oude koloniale Indië. Daar schrijft ze bij voorkeur haar boeken over. Ze is ook initiatiefnemer van De Indische Schrijfschool, waarmee ze mensen helpt hun verhaal op papier te zetten. Elke week verschijnt er een nieuwe column van haar hand.
Overal zijn er aankondigingen en activiteiten, en in onze overvolle evenementen-maatschappij valt het alleen op aan degene die ernaar zoekt: wat gebeurt er dit jaar op Internationale Vrouwendag?
Gelukkig komt er steeds meer aandacht voor bijzondere vrouwen uit het verleden, en ook uit het Indische verleden. Maar het blijft behelpen, en mijn zorg is dat het toch steeds meer behelpen gaat worden. Want Indië, dat is de koloniale tijd, en de activistische bezem veegt die hele lange periode het liefst totaal in het verdomhoekje dan wel onder het moreel correcte tapijt. Dan blijft er weinig over om naar te kijken.
Ik probeer al jaren te begrijpen wat Indië is geweest en hoe het doorleeft in de vorm van een collectief geheugen. Er zijn vooroorlogse romans en er zijn mensen die het kunnen en willen vertellen over hun land van herkomst, en de generaties van hun families. Maar het geheugen en de doorgegeven verhalen gaan niet eindeloos terug, dat is daarvan te veel gevraagd. Dan helpt onderzoek. Er zijn archieven vol dozen met informatie over Indië, en er zijn zolders waar verhuisdozen onder het stof staan te wachten tot ze weer open mogen. Dat weet ik uit ervaring.
Ter ere van de komende vrouwendag zet ik een grote stap terug in de tijd, naar het jaar 1853, als Marie Sloot het levenslicht ziet. Ze zal uitgroeien tot de eerste Indische bestseller-auteur van haar tijd. Vooral onder het pseudoniem Melati van Java publiceerde ze de ene roman na de andere, veelal over Indië. Dankzij het succes werd ze voor zover bekend de eerste Indische vrouwelijke auteur die lid mocht worden van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, samen met een groep andere ‘eerste vrouwen’. Wel vraag ik me af, of de toenmalige heren van de Maatschappij haar Indische romans goed hebben gelezen. Want er staat nogal wat in.
Elke keer als ik een van die romans lees, ben ik weer verbaasd. Dat komt door de vrouwen in het verhaal. Indische vrouwen en meisjes, beeldschoon van uiterlijk en ook uitzonderlijk talentvol, daarbij vaker wel dan niet intelligent en empathisch, en de meesten kunnen ook nog uitstekend paardrijden, in de graad van vijf centimeter langs een ravijn galopperen en behouden thuis komen. Het zijn dus rolmodellen. En dat eind negentiende, begin twintigste eeuw. Jonge meisjes zagen in de romans wat er allemaal mogelijk was buiten het huwelijk, hoe je kon worden als Indisch meisje zijnde.
Daarom doe ik een oproep. gezien de komst van vrouwendag en gezien de activistische tendens van deze tijd. Mijn vraag is: lees Melati van Java. Haar romans vindt u op www.leestrommel.nl