Educate Yourself

De Koelieordonnantie van 1880

Geplaatst in: Geschiedenis
Foto: Tropenmuseum

In de 19e eeuw draaide de Nederlandse koloniale economie op volle toeren. Suiker, tabak en rubber uit Nederlands-Indië werden op grote schaal geëxporteerd. Maar achter die winst zat een systeem van dwangarbeid dat werd gelegitimeerd door wetgeving: de Koelieordonnantie van 1880. Deze koloniale regeling gaf plantage-eigenaren wettelijke macht over hun arbeiders, bijna zonder grenzen. De wet was gericht op één groep: de zogenaamde ‘koelies’. Maar wat ooit begon als een administratieve term, is uitgegroeid tot een beladen scheldwoord vergelijkbaar met het n-woord.

De Koelieordonnantie was een koloniale maatregel van het gouvernement van Nederlands-Indië, ingevoerd in 1880. Deze stelde werkgevers in staat om arbeiders die zich ‘misdroegen’, dat wil zeggen: te laat kwamen, klaagden of het werk weigerden, te straffen zonder tussenkomst van een rechter. Via de zogenaamde poenale sanctie kon een werkgever optreden als politie, aanklager en rechter tegelijk. Straffen varieerden van lijfstraffen tot gevangenisstraf met dwangarbeid.

“Het arbeidsleger werd gevormd uit oosterlingen deels van gering allooi, het opzicht in handen van mannen met bewustheid van ras-overwicht, het geheel levend onder een traditie van patriarchale verhoudingen.”, zo is te lezen in de scriptie Van koelies, klontongs en kapiteins van W. Dharmowijono.

De regeling was specifiek gericht op niet-Europese arbeiders, onder wie Javanen, Sumatranen en Chinezen. Voor hen golden aparte regels en straffen. Dit maakte de ordonnantie tot een juridisch instrument van raciale controle.

“Het systeem waarin het recht werd geregeld aan de hand van etnische achtergrond. Bovenaan heb je Europeanen, dan zogenoemde vreemde oosterlingen, waaronder Chinezen en ten slotte de inlanders.”, aldus historicus Robert Cribb.

Mannen en vrouwen bezig met pakken en persen van tabak in een schuur op Sumatra, ca. 1900 – ca. 1915. Bron: Rijksmuseum.

In theorie tekenden koelies vrijwillig een arbeidscontract. In de praktijk werden velen in de val gelokt. Werving gebeurde vaak met een ‘voorschot’ en vage beloftes. Wie eenmaal getekend had, zat vast – letterlijk. Vluchten of weigeren kon leiden tot arrestatie of strafwerk.

“De arbeider was geen persoon, hij was alleen vertegenwoordiger van zijn (raciale) groep.”

Dat systeem leidde tot grote misstanden, zoals al in 1902 werd aangekaart in het pamflet De miljoenen uit Deli. Een latere onderzoekscommissie (Rhemrev-rapport, 1904) bevestigde het geweld, maar het rapport werd jarenlang in een lade gehouden. Pas in 1931 werd de poenale sanctie formeel afgeschaft.

Het woord ‘koelie’ betekende oorspronkelijk ‘dagloner’, afkomstig van het Hindi qūlī of het Tamil kuli. In de koloniale context kreeg het een andere lading: een ondergeschikte, uitputtend werkende, niet-Europese arbeider. In Nederlands-Indië werd het woord breed toegepast op contractarbeiders in de tabaks-, suiker- en tinsector. Maar het raakte besmet.

In de moderne tijd is ‘koelie’ in veel delen van de wereld een racistische term geworden. In Suriname, het Caribisch gebied, de VS en Nederland wordt het woord gebruikt als scheldwoord tegen mensen van Aziatische afkomst, vooral Hindoestanen, Chinezen en Javanen.

In kringen die pleiten voor eerherstel voor de koloniale arbeidsgeschiedenis, wordt daarom steeds vaker gesproken over “tot koelie gemaakten”, een term die de dwang, het racisme en de structurele onderdrukking beter weergeeft.

Verder lezen

Cultuur     Expressie

Tentoonstelling: “Koppelteken refereert naar onze culturele identiteit. We zijn niet het ene, maar ook niet het andere.”

Column

Column: Het zwijgen doorbreken is dekoloniseren

Erfgoed     Historie

Educate yourself

Gadjah Merah: voormalige krijgsgevangenen die in een nieuwe oorlog belandden