Hoi-Shan Mak: “Ik word ‘het Chinese kruikje van Tilburg’ genoemd”

Geplaatst in: Boeken, Identiteit, Portret, Interviews, Kunst
Na een moeilijke start in haar jeugd heeft beeldend kunstenaar/illustrator Hoi-Shan Mak helemaal haar draai gevonden. Ze vertelt hoe ze altijd het geluk heeft gehad dat ze mensen tegen kwam die haar verder hebben geholpen, haar een steuntje gaven op momenten dat ze het nodig had.

Het leven van Hoi-Shan Mak begon als vele Nederlands Cantonese kinderen tussen de goudvissen en de afhaalbakjes. Haar ouders kwamen in de jaren zeventig vanuit Hongkong naar Nederland om een Chinees-Indisch restaurant te runnen. In 1984 werd Hoi-Shan geboren. Zoals dat van haar verwacht werd hielp ze al snel mee. Het restaurant was succesvol in de nieuwe buitenwijk van Tilburg vol jonge gezinnen. De familie werkte heel erg hard om te overleven en een goed bestaan op te bouwen. Zo hard dat soms de eigen kinderen werden vergeten. Hoi-Shan: “Voor Chinese begrippen was ik een extravert kind. Dat paste niet in het opvoedplan van mijn ouders. Ik was beweeglijk en uitgesproken. Tegenspreken bijvoorbeeld was uit den boze.”

Zo jong als ze was, begreep Hoi-Shan dat ze eigen pad moest kiezen. Hoi-Shan: “Heel raar, maar de meeste Chinese restauranthouders hebben in hun vriendenkring op z’n minst één Nederlandse huisvriend. Iemand die bijvoorbeeld heel handig is in klussen. Mijn ouders zijn ook bevriend met zo’n Nederlands echtpaar. Bij hen vierden mijn broer en ik altijd Sinterklaas en Kerstmis aangezien het topdrukte was in ons restaurant. Bij deze mensen, die ik als mijn ‘Nederlandse ouders’ beschouw, heb ik mijn rust en ruimte gevonden. Het is niet makkelijk om een eigen pad te kiezen als een jong Chinees meisje. Dat werd mij toen niet in dank afgenomen door mijn familie. Tegenwoordig is het contact goed en respecteren we elkaars wegen.”

In 2011 besloot haar vader het restaurant te sluiten. Hoi-Shan: “Mensen vonden het heel erg jammer dat wij ons restaurant gingen sluiten. We waren een soort middelpunt van de wijk waar iedereen elkaar ontmoette. Een meneer vertelde dat hij elke dinsdag langs kwam voor zijn Foe Yong Hai en een krantje. Een ander vertelde dat haar geestelijk gehandicapte broer altijd zijn verjaardag bij ons wilde komen vieren. Toen we dicht gingen was het de vraag hoe ze aan hem ging vertellen dat zijn vaste adres er niet meer was. Ik heb het werken in het restaurant intensief, maar ontzettend leuk gevonden. Het was een goede leerschool. Ik zeg weleens: mocht ik werkeloos worden, dan kan ik altijd nog een restaurant openen met als naam ‘Dochter van Mak’.”

De buurt kent mijn vader als meneer Mak. Nog altijd worden we begroet door onze oude gasten.

Uiteindelijk heeft Hoi-Shan niet gekozen voor het restaurantleven. Op haar website schrijft Hoi-Shan: “Toen ik 12 was droomde ik dat ik later eigenaar zou worden van een hoog gebouw, waar ik op elke verdieping een ander beroep kon uitoefenen. Dierenarts, archeoloog, bioloog, restaurateur, illustrator, piraat, professor, uitvinder…” Het werd een studie aan de Academie voor Kunst en Vormgeving St.Joost in Breda. Hoi-Shan: “Daar was mijn vader natuurlijk niet gelukkig mee, kunstenaar is niet een beroep dat hoog op het lijstje van Chinese ouders staat. Nee, liever arts of zoiets. Mijn vader zag mij al als  arme kunstenaar op Mont Marte in Parijs eindigen.”

Maar het pakte heel anders uit. Inmiddels werkt Hoi-Shan als onafhankelijk beeldend kunstenaar en docent kunst- en cultuureducatie bij diverse musea en instellingen (o.a. bij het Tropenmuseum). Sinds 2008 reisde ze ook als reisbegeleider de wereld rond. Dat viel uiteraard stil door COVID-19, maar zorgde wel voor inspiratie: ‘Microkosmos’, het allereerste en hoogstwaarschijnlijk enige coronawoordenbeeldboek ter wereld. Hierin vatte Hoi-Shan de drastische veranderingen die corona met zich mee bracht in tekeningen en nieuwe woorden die ze bundelde.

Coronabeeldwoordenboek: ‘Microkosmos’

Elk jaar tijdens Chinees Nieuwjaar reist ze af naar Dublin waar ze bij Chester Beatty Library demonstraties en workshops geeft aan kinderen ​en volwassenen over de Chinese kunst en cultuur. Hoi-Shan heeft iets met kinderen. “Ik heb altijd het geluk gehad dat ik mensen tegen kwam die mij verder hielpen, mij een steuntje gaven op momenten dat ik dat nodig had. Daarom vind ik het fijn om op mijn manier kinderen te ondersteunen die dat nodig hebben. Ik geef geregeld workshops aan de kinderen en jongeren op het asielzoekerscentrum en in de jeugddetentie.”

Je hoeft geen eigen kinderen te krijgen om iets voor kinderen te doen.

Hoi-Shan voelt zich als een vis in het water in Brabant, zelfs haar tongval is niet te onderscheiden van de autochtone Tilburger. Lachend: “Ik word het ‘Chinese kruikje’ genoemd, zo geïntegreerd ben ik. Kruikenzeiker is namelijk de bijnaam voor een inwoner van Tilburg. De naam stamt nog uit de tijd dat mensen urine in een kruik plasten die ze gebruikten voor de bewerking van wol toen Tilburg nog een textielstad was.”

Als kunstenaar heeft Hoi-Shan haar sporen in haar geboortestad verdiend. In 2010 werd ze genoemd als een van de 101 kleurrijke vrouwen van Nederland,  vorig jaar kreeg ze een eervolle vermelding Coronahelden 2020 in het Dankraam Tilburg en haar coronabeeldwoordenboek wordt opgenomen in het Tilburgs Archief. Hoi-Shan: “Soms heb ik wel eens het idee dat ik positief gediscrimineerd word. Ik krijg zoveel kansen, er komt zoveel op mijn pad. Dan denk ik: goh, zouden ze mij kiezen, omdat ze echt denken dat al die Chinezen zo hardwerkend zijn? Wat nou als ik net die ene Chinees was die lui is?”

Over discriminatie gesproken, nog steeds moet ze lachen als ze terugdenkt aan die opmerking van een meisje dat haar ooit toeschreeuwde: ‘He kut-Chinees, ga terug naar Auschwitz!’ Dan relativerend: “Ik denk dat Chinese mensen ook behoorlijk kunnen discrimineren. Ooit nam ik een vriend uit Georgië mee. ‘Oh, zo heel donker is hij gelukkig niet’, concludeerde mijn familie opgelucht, nadat ze kennis met hem hadden gemaakt. Een tijdje probeerde de familie mij te koppelen met iemand van Cantonese afkomst. Ondertussen heeft mijn vader de hoop laten varen op kleinkinderen van mijn kant en maakt het niet meer uit of ik ga trouwen.”

Hij ziet in dat ik mijn weg vind. Op mijn eigen manier en tempo.

Hoi-Shan heeft haar eigen plek gevonden tussen het Oosten en het Westen. Ook als kunstenaar laat ze zich niet in een hokje plaatsen. Ze is kunstenaar, ambachtsvrouw, spreker, docent, reisbegeleidster, maar vooral schatgraver. “​Mijn schat is het verhaal. Ik zoek naar verhalen die verteld mogen worden. De vorm kan een aquarel tekening, een emaille werkstuk, maar ook een ervaring zijn. Als de kijker ook maar een ding onthouden heeft van wat ik heb gevonden, dan is mijn taak al volbracht.”

Verder lezen

Boeken     Interviews

Herman Keppy vertelt in ‘Saparua, meisje’ de onderbelichte Molukse geschiedenis, waarbij hij misvattingen rechtzet en taboes doorbreekt

Erfgoed

Educate yourself

Zo verkochten Nederlands-Indië én Indonesië opium om oorlogen te financieren

Column

Column: De voormoeder als moordenares