Lang Leven – Het verhaal achter een Chinese toko

Geplaatst in: Boeken

In 1912 verlaat Dun Yong Sau zijn dorp in China en begint zijn lange reis op weg naar een beter bestaan. Hij belandt in Amsterdam en komt terecht in de jonge Chinese gemeenschap van de jaren twintig. Met het verkopen van pindakoeken op straat weet hij zijn hoofd boven water te houden tijdens de economische crisis. In de oorlog ontmoet hij zijn Nederlandse vrouw Stientje. Samen huren ze een klein pand in de Stormsteeg en beginnen een toko in oosterse producten. Ruim zestig jaar later hebben hun kinderen en kleinkinderen van Toko Dun Yong een imperium gemaakt: een vijf verdiepingen tellend Aziatisch warenhuis met kookstudio en trendy foodstore en een groothandel die wereldwijd zaken doet. Het succesverhaal van drie generaties Dun Yong loopt parallel met de roerige geschiedenis van de Chinese gemeenschap in Nederland.

Begin januari verscheen over deze familiegeschiedenis het boek LANG LEVEN – Het familieverhaal achter een Chinese toko van auteur Karina Meeuwse, die eerder verantwoordelijk was voor het boek Oostenwind, over 100 jaar Chinezen in Nederland. Wij stelden haar vijf vragen.

Hoe kwam je op dit onderwerp?

Het onderwerp fascineerde me, omdat “eten bij de Chinees” voor Nederlanders zo’n ingeburgerd begrip is. Ik vroeg me af hoe dat kwam, en stuitte al snel op het gegeven dat de eerste generatie Chinezen met Nederlandse vrouwen trouwde, in de periode rond de Tweede Wereldoorlog. Dat leverde mooie verhalen op over opgroeien tussen twee culturen.

Hoe lukte het je om binnen te dringen binnen die gesloten Chinese gemeenschap?

Ruim twintig jaar geleden begon ik met dit onderwerp, voor een documentaire (IKON, Oostenwind) en een boek over honderd jaar Chinese geschiedenis in Nederland (Het Huis van Han). Je hebt een lange adem nodig en je moet van theedrinken houden, maar voor mijn gevoel heb ik destijds het vertrouwen van de Chinese gemeenschap wel gewonnen. Bewijs is dat de familie Dun me een paar jaar geleden vroeg om hun verhaal over de toko te schrijven. Dat werd Lang Leven.

Familie in de toko (c) Venus Veldhoen / 2000

Wat vond je het meest opmerkelijke na het schrijven van dit boek?

Er waren meerdere dingen die ik achteraf opmerkelijk vond, maar misschien het meest opvallende is hoe generaties overal ter wereld met dezelfde thematiek worstelen. Dat iets wat een grootvader heeft opgezet, en je ouders tot bloei hebben gebracht, in veranderende tijden voor jouw generatie ineens ook iets anders kan blijken te zijn dan een ergernis die je kost wat kost overeind moet houden. Dat meebewegen met de tijdgeest, keuzes maken, voor jezelf en je gezin of voor de geschiedenis die voortgezet moet worden.

Het gezin

Heb je al plannen voor een nieuw boek?

Op dit moment ben ik alweer bezig met een nieuw project, iets wat ik al heel lang wil schrijven. Het wordt het verhaal van een familie, op basis van egodocumenten. In plaats van China focus ik nu op het Friesland van de 19e eeuw…

Welk boek zou iedereen moeten lezen volgens jou?

Een boek dat ik iedereen kan aanbevelen is Zulajka opent haar ogen van Guzel Jachina. Het gaat over Tataarse boeren die gedeporteerd worden naar Siberie, gewoon omdat ze boer zijn in de Sovjet Unie van de jaren dertig. Ook hier gaat het om ‘gewone mensen’ die meegesleurd worden in de maalstroom van de gebeurtenissen van de tijd waarin ze leven. Een mix van fictie en geschiedenis, schitterend verteld.

De Binnen Bantammerstraat in 1930
Cover van het boek LANG LEVEN.

Verder lezen

Cultuur     Identiteit     Interviews
#podcast

MDBP Podcast: Jinai Looi: “Smaak zou een vak op school moeten zijn”

Column

Column: ‘Wat de Indische jongen kan als hij wil’, over de neiging om bij voorkeur ‘volbloed Europeanen’ aan te nemen’

Column

Column: Wat de online archieven niet laten zien over Indië