Ojanne de Vries-Chang: “Als je de regels van het spel wilt veranderen, moet je de politiek in”

Geplaatst in: Identiteit, Portret, Interviews
Ojanne de Vries-Chang (37) is registeraccountant, lijsttrekker D66 in Heerenveen en moeder van drie kinderen. Geboren en getogen in Friesland en roots in China. Hoe staat deze vrouw, moeder en politica in het leven?

 

Hoewel Ojanne de Vries-Chang nu vooral een politiek gezicht heeft, is ze niet politiek bewust opgegroeid. Haar ouders, die samen vanuit China naar Nederland zijn gekomen, hebben haar altijd mee gegeven zélf de handen uit de mouwen te steken als ze iets wilde bereiken. Als ondernemer of vrijwilliger krijg je meer en sneller iets voor elkaar. Toch is ze na verloop van tijd de gemeenteraad ingerold. “In 2015 werkte ik mee aan het opzetten van een wijkboerderij in Zwolle. We wilden meer dan simpelweg een schuur met een koffiezetapparaat, dus daar kwam heel wat bij kijken. Ik leerde om draagvlak te kweken bij bewoners, stapels vergunningen aan te vragen, te onderhandelen met de gemeente over het veel te lage budget. Ik ontdekte dat allerlei regels, die weliswaar democratisch tot stand zijn gekomen, eigenlijk helemaal niet zo goed bleken te werken. Als je de regels van het spel dan wilt veranderen, moet je de politiek in. En dat heb ik toen uiteindelijk gedaan.”

Ik wil regels maken vóór mensen en het publiek werk hoort daar bij.

De Vries-Chang maakt zich onder andere sterk voor thema’s als duurzaamheid en inclusie. Steeds weer mensen op één lijn zien te krijgen is soms vermoeiend, maar het geeft haar ook voldoening. “Uiteindelijk bereik je een doorbraak en veranderen de gesprekken. Je moet veel mensen spreken en dat is in het begin wat aftasten, maar ik vind het steeds leuker  en ik word er ook handiger in. Ik moet uitpluizen waar andermans drijfveren zitten, zodat we met elkaar aan de slag kunnen. Hoewel ik dit jaar niet in de Tweede Kamer terecht ben gekomen, heeft D66 wel 24 zetels weten in te vullen. Misschien dat ik mij over vier jaar weer verkiesbaar stel, maar ik merk nu dat ik op heel veel plekken politiek van nut kan zijn.”

Volgens De Vries-Chang neem je jezelf mee als persoon wanneer je de politiek ingaat. Voor haar persoonlijk betekent dat het moederschap, het vrouw zijn en het hebben van een Chinese achtergrond. “Door mijn opvoeding ben ik mij bewuster van de mensen die het Nederlands niet zo goed beheersen, maar wel allerlei regels over zich heen gestort krijgen, waar ze toch iets mee aan moeten. Ook als vrouwelijke politicus denk ik dat ik meer reflecterend in elkaar zit. Vrouwen denken over het algemeen meer na over de lange termijn én de korte termijn. Mijn drie zoontjes ga ik bijvoorbeeld niet pas over drie weken wassen, maar dan even extra goed.”

Je moet zowel aan het nu als aan de toekomst denken als je politiek actief bent.

Als politica heeft ze ook te maken met het veel besproken thema institutioneel racisme. De Vries-Chang stelt dat er o.a. meer feiten op tafel moeten komen om het probleem uiteindelijk op te lossen. “Initiatieven als ‘Asian Raisins’ zijn nodig om het maatschappelijk debat op te starten en gaande te houden, maar politiek gezien moet ik problemen als racisme op een andere manier aanpakken. Ik las laatst een artikel in ‘Trouw’ die het heel goed wist te verwoorden. Kom maar met cijfers en feiten, laat maar zien hoe je organisatie eruit ziet. Hoeveel mannen en vrouwen er bij je aan het werk zijn, uit welke kleuren je personeel bestaat, wat je er aan doet etcetera. Nu hangen we in een sfeer van ‘maar ik heb toch de beste bedoelingen’. Rapporteren, objectiveren en vandaaruit in gesprek gaan. Nieuwe structuren en verbindingen leggen, consequenties opleggen. En ook een stukje handhaving is nodig.”

Mijn zoontjes trokken laatst nog spleetogen om hiermee Aziaten aan te duiden.

Het antwoord op het probleem ligt volgens haar dan ook voor een deel in handen van nieuwe generaties. “Ik vroeg aan mijn zoontjes of ze zelf wel door hadden dat ze zelf half-Chinees zijn. In kleine gesprekjes hebben we het zo regelmatig over dit soort onderwerpen. Als iemand bijvoorbeeld ruzie heeft, leg ik aan ze uit dat iedereen een andere mening kan en mag hebben. Ik denk dat generaties op die manier nieuwe woorden kunnen en moeten leren bedenken. Niet meer vragen waar je écht vandaan komt, maar ‘wat wil je bereiken?’ en ‘waarom is dat dan zo?’. Alles erop gericht om nieuwe verbindingen aan te gaan. Wellicht een wat naïef toekomstbeeld, maar niet onmogelijk.”

Verder lezen

Boeken     Column     Erfgoed

Column: Boekpresentatie van biografie ‘Louis Couperus, een verwende vagebond’

Column

Column: Petrus Kipalong, een Moluks Steurtje

Artikelen

Op de dag van de Morgenster herdenkt West-Papua de beloofde onafhankelijkheid die nooit kwam