Het is u vast opgevallen, die commotie over het woord Bersiap. Dat het racistisch zou zijn. Ja, en dat dan wel of niet in de tentoonstelling in het Rijksmuseum. Laatste stand van zaken: het woord gaat gebruikt worden en alles ligt gevoelig en genuanceerd. Ik kreeg een idee.
Dat idee is een tentoonstelling maken over de Bersiap, in een toonaangevend museum van Indonesië, bij voorkeur in Jakarta. Daarvoor financieren we de overtocht en het verblijf van enkele families die met hun persoonlijke geschiedenis in de Bersiap verwikkeld zijn geraakt. Een ouder, een oom of tante, neefjes of nichtjes die verliezen hebben geleden of die nooit meer thuis kwamen.
Dit als het allerergste.
Als minder allerergste kan daarbij een visualisatie van de spullen, dus vanaf een koelkast en een radiotoestel tot en met huisraad en juwelen.
Wat alles inzichtelijker maakt, is niet alleen het leed, maar ook de prijs van dat leed. Als je met een paar koffers uit je geboorteland moet vertrekken, is er veel dat opnieuw aangeschaft moet worden. Ik stel voor aan elk voorwerp van de tentoonstelling een prijskaartje te hangen. Wat kostte een koelkast toen, en voor de gevoelswaarde wat kost een koelkast nu. Of de terugbetaling van contractpensions in Nederland er ook bij moet, daar ben ik nog niet uit.
Maar nu het moeilijkste. Welk bedrag moet er op het prijskaartje bij die oom of tante die in de Bersiap is vermoord? Wat is de prijs van een leven? En om hoeveel levens gaat het? Want een moord raakt ook de nabestaanden, die dragen dat mee en geven het verdriet van het verlies door aan de volgende generatie. Dat worden hoge bedragen.
Ja, nee, natuurlijk weet ik wel dat deze tentoonstelling er nooit gaat komen in Jakarta. Het is veel te pijnlijk voor Indonesië en waarschijnlijk ook voor Nederland. De handelsbetrekkingen raken meteen verstoord, de diplomaten weten vermoedelijk niet waar ze moeten beginnen met praten en uitleggen, en er staan groeperingen op die met spandoeken gaan protesteren, al is het niet altijd duidelijk waarvoor of waartegen.
De moraal van het verhaal is dit. Wij leven hier in een democratie, en elke mening mag er zijn en elke tegenspraak van die mening ook. Die tentoonstelling? Daar zou ik graag heengaan, evenals die in het Rijksmuseum. Elk perspectief telt, maar de absolute waarheid is het niet.
Vilan van de Loo is onderzoekster en schrijfster. Haar interesse gaat uit naar het oude koloniale Indië. Daar schrijft ze bij voorkeur haar boeken over. Ze is ook initiatiefnemer van ‘De Indische Schrijfschool’. Zij is vaste columnist bij ons en elke week verschijnt er een nieuwe column van haar hand.