Wie is familie van onze grote Chinese familie en wie niet? Redacteur Mariska Snijdewind zoekt het op in de publicatie Indonesische Chinezen in Nederland.
Op een willekeurige bruiloft of tijdens een bezoek aan Indonesië begint mijn moeder altijd uit te leggen wie familie is, hoe ze gerelateerd zijn aan ons en aan elkaar. Zo’n gesprek eindigt meestal met: ‘Euh, ma, ik was je al kwijt bij de tweede naam die je noemde’. Hoewel ik ze allemaal een warm hart toe draag, kan ik niet altijd onthouden hoe de door mijn moeder genoemde mensen familie van ons zijn.
De genoemde situatie is iets wat mij nu overkomt, maar het zal niet een nieuwe situatie zijn. Ook vroeger waren de familieleden buiten het gezin van belang. Ook vroeger speelde familie een belangrijke rol in de Aziatische maatschappij. Hoe zat dat vroeger in Nederlands-Indië bij een Chinese familie? In het boek Indonesische Chinezen in Nederland gaan de schrijvers in op sociaal-culturele kenmerken van de Chinezen in Nederlands-Indië. Ze kijken naar groepen mensen die zichzelf ‘familie’ noemen en hoe zich dat uit in de maatschappij.
Verschillende families
Van oudsher neemt in China de familie een centrale rol in. Het westerse begrip van het gezin (vader, moeder en kinderen) kent men hier niet.Vaak omvat het familiebegrip in China meerdere gezinnen. Welke gezinnen tot de familie behoren is echter niet eenduidig. Er valt onderscheid te maken tussen:
1) de samenwonende
2) de economische
3) de traditionele
4) de religieuze families
Deze indeling is gemaakt door de Chinees Indonesische politicus en econoom Ong Eng Die (1943) en lijkt nog altijd relevant.
Hij definieert de samenwonende familie als ‘die dezelfde grond bewerken en zodoende een economische eenheid vormen’. De economische familie betreft hen ’wier inkomsten ten bate of ten laste komen van dezelfde familie’. De traditionele familie worden gevormd door personen die zich op basis van het saamhorigheidsgevoel aan elkaar verbonden voelen. De leden van de religieuze familie voelen zich verbonden doordat ze dezelfde voorouders vereren.
De vrouw
Kijkend naar de rol van de vrouw zijn de meningen in de literatuur nog verdeeld. Waarbij de een zegt dat de vrouw een lager wezen is, refereert een andere bron naar de centrale rol die een vrouw heeft in de samenleving.* In beide gevallen is de voornaamste functie van de vrouw het voortbrengen van, bij voorkeur mannelijke, nakomelingen. Wanneer het in Nederlands-Indië niet mogelijk was om binnen een huwelijk voor een zoon te zorgen, werd verwacht dit via een bijvrouw alsnog te realiseren.
Familie en geloof
Een ander aspect van de Chinese familie is de voorouderverering (goed woord als je ooit klinkers over hebt Scrabble). Een belangrijke leer in de Aziatische cultuur is de leer van Confucius. Deze leer is vooral gericht op het aardse bestaan. Voorouderverering is het verzoek aan de goden en de voorouders om het leven op aarde gunstig te beïnvloeden. De meeste Chinezen in Nederlands-Indië hadden daarom een altaar in het huis staan waar offers werden gebracht aan de voorouders.
Westerse opvattingen
Chinese kinderen die in Nederlands-Indië onderwijs volgden aan een Hollandse school, kregen ook te maken met westerse opvattingen. Dit veranderde de manier waarop een samenwonende familie zich vormde. Het was in Nederlandse-Indië niet meer gebruikelijk om met vijf generaties in één huis te wonen. Ze bleven wel bij elkaar in de buurt wonen, hiermee werd het nog steeds mogelijk om in economische zin wel een familie te vormen.
Kinderloos
Een familie is ook een manier om de Chinese soort voort te laten bestaan. Wanneer een gezin kinderloos is en een ander gezin binnen de familie veel kinderen heeft, gebeurde het meer dan eens dat een kind werd gegeven aan het kinderloze gezin.
Ruim begrip
Opvallend is dat veel gebruiken en ideeën nog steeds hetzelfde zijn. Ja, mijn moeder heeft een altaartje in huis en mijn buurmeisje dat al bijna dertig jaar niet meer naast me woont is gewoon familie. Het ruime begrip van ‘de familie’ heeft eigenlijk veel voordelen en misschien zou ik de volgende keer beter op moeten letten als mijn moeder vertelt over wie is familie is.
Rijkschroeff, B. R., Tjaij, P. T. G., & Verlaan, A. (2010). Indonesische Chinezen in Nederland.
Ong Eng Die (1943) Chineezen in Nederlandsch-Indië: sociografie van een Indonesische bevolkingsgroep. Assen: van Gorcum.
(*) Hierbij wordt gerefereerd naar twee bronnen:
1) Segers, A. (1939). China, het volk. Dagelijks leven en ceremoniën. Antwerpen: De Sikkel.
2) Hung Ming (1924). Der Geist des Chineschen Volkes. Jena: E. Diederichs