Column: Oud Indisch geld

Geplaatst in: Column

Vilan van de Loo is onderzoekster en schrijfster. Haar interesse gaat uit naar het oude koloniale Indië. Daar schrijft ze bij voorkeur haar boeken over. Ze is ook initiatiefnemer van ‘De Indische Schrijfschool’. Elke week verschijnt er een nieuwe column van haar hand.

Natúúrlijk wilde ik in Semarang gaan winkelen. Ik had net het oude huis van mevrouw Kloppenburg gezien, Bodjongweg 80 destijds, en dat had wat met me gedaan.

Wat? Veel. De vreugde van het weten dat mevrouw Kloppenburg daar echt gewoond had, en hoe dichtbij ze voelde toen ik mijn hand op het huis legde. Tegelijkertijd ontroering. Ik voelde tranen komen. Verdriet. Alles tegelijk. Ik wilde er voor altijd blijven en ook meteen weggaan. Maar ja, wat je ook doet, je neemt toch jezelf mee. “Misschien later weer”, zei ik tegen mezelf.

Aan de overkant van de weg had ik een rommelwinkeltje gezien. Oud, stoffig, ietwat verwaarloosd waardoor ik meteen wist: daar moet ik heen. Het rook er muf. Oude boeken ruiken ook zo. Lekker. De man die de winkel beheerde was aan alles gewend geraakt, hij zat er te zitten en als er iemand binnenkwam, taxeerde hij even hoe kapitaalkrachtig de klant was.

Over de aanblik die ik bood heb ik weinig illusie. Ik moet er wat verwilderd hebben uitgezien, wegens het feit dat ik net had staan te huilen bij mevrouw Kloppenburg. En ik zal verhit hebben geoogd, want nou ja het klimaat, ondanks de verstandige kleren van katoen die ik speciaal had gekocht. Ook moeten mijn ogen een beetje te wijd open hebben gestaan wegens de belofte van een oude winkel, toch is dat het eerste teken van krankzinnigheid.

In de winkel keek ik eens hier en ik keek eens daar, en daar stond het opeens. Een houten, ja wat eigenlijk geweest? Mogelijk een wierookhouder. Erin zat een stapeltje biljetten uit de oude tijden. Geld en geen geld. Een tastbaar verleden dat ik alleen op websites te koop aantrof.

Natuurlijk kocht ik het. De prijs kan ik me niet meer herinneren. Wel dat het meereisde in mijn koffer en hier veilig aankwam. Sindsdien staat het op een boekenplank in mijn huiskamer. Ik doe er niks mee, maar het is een dierbaar bezit.

Wilhelmina. Die uitdrukking:  ‘Nederlandsch-Indische gouvernements gulden’. Dat het ooit een wettig betaalmiddel was. De rupiah, in 1950 het wettige betaalmiddel. Tastbare geschiedenis.

Daarin zit eigenlijk al een boek, het oude geld uit Indië, en dan vooral wat ermee betaald moest worden en hoe het geld in waarde veranderde en in uiterlijk. Maar vooral het verhaal van mensen, want ik vraag me vooral af, wie dit biljet voor mij  in handen heeft gehad.

Verder lezen

Column

Column: Op een Fongers rijwiel, net als het KNIL

Waar is mijn noedelsoep?!?
Identiteit     Recensies

Chee-Han en Reza Kartosen-Wong

Portret     Interviews     Erfgoed     Historie

Jules Toelanie: “Ik ben trots op mijn Afrikaanse achternaam”