Benjamin Caton (26) is initiatiefnemer en organisator van de Dekoloniale Indonesië-Nederland Herdenking die op 16 augustus plaatsvindt bij het Monument Indië-Nederland in Amsterdam. De herdenking vindt voor de derde keer plaats. De Amsterdamse burgemeester Femke Halsema trok zich terug als spreker op de Indiëherdenking in Amsterdam. In plaats daarvan geeft ze bij de dekoloniale herdenking een toespraak en legt de krans namens de gemeente. Caton is verder medeoprichter van wooncoöperatie De Torteltuin en coördinator diversiteit, inclusie en gelijkwaardigheid bij Greenpeace.
“Ik heb me altijd gestoord aan de 4 en 5 mei herdenkingen, waarin de Indonesische en Indische perspectieven onderbelicht zijn, en aan de 15 augustus herdenkingen, die heel koloniaal zijn. Dat schuurde en ik voelde het onrecht bij deze herdenkingen. Het is gek dat de vaandelwacht door het Regiment Van Heutsz wordt verzorgd en de militaire taptoe gebruikt wordt bij de Indiëherdenking in Den Haag. Je kunt ook Indisch leed herdenken zonder kolonialisme te verheerlijken of romantiseren”, vertelt Benjamin Caton.
De organisator hekelt ook andere aspecten van de Indiëherdenkingen. “Het feit dat de Nederlandse vlag wordt gehesen bijvoorbeeld. Ook hebben de herdenkingen een rechts-conservatieve connotatie. Toen de Indonesische ambassadeur vorig jaar eerder de Indonesische krans mocht leggen, overwoog Federatie Indische Nederlanders een kort geding aan te spannen en legde de voorzitter hiervan zijn functie neer. Daarbij is er nog nooit een Indonesische spreker geweest”, licht Caton toe.
Periode
Op 15 augustus herdenkt Nederland jaarlijks het einde van de Tweede Wereldoorlog in voormalig Nederlands-Indië. De dekoloniale herdenking staat hier ook bij stil, maar herdenkt meer. “We herdenken de koloniale periode, de Tweede Wereldoorlog, de herbezettingsoorlog en de neokoloniale periode daarna. Dat is de periode van 1949 tot nu, waarin verschillende groepen uit de diaspora leven met intergenerationeel trauma en waarin Indonesië bijna 4 miljard gulden aan Nederland heeft moeten betalen voor de onafhankelijkheid. Bij de dekoloniale herdenking staan we stil bij alle slachtoffers uit deze vier periodes”, legt Benjamin Caton uit.
Bijzondere aandacht gaat hierbij uit naar burgers: “In tijden van oorlog worden zij het hardst getroffen. Daarom staan hun verhalen centraal.” De sprekers zijn zo inclusief mogelijk: Moluks, Papoea, Indonesisch en Indisch. “Het idee is dat we verbinding nodig hebben om trauma en pijn te helen”, vervolgt Caton.
Datum
De dekoloniale herdenking is op 16 augustus, een dag na het einde van de oorlog in voormalig Nederlands-Indië, en een dag voor de Indonesische onafhankelijkheidsverklaring. “De herdenking vormt een brug tussen 15 en 17 augustus, net zoals dat Dodenherdenking op 4 mei wordt herdacht en 5 mei de bevrijding wordt gevierd. In Indonesië wordt op 17 augustus herdacht én gevierd. We zijn nog in gesprek met de diaspora of herdenken op 17 augustus beter zou passen. Die keuze willen we grondig en doordacht maken. We vinden het belangrijk dat mensen hun mening hierover delen. Het is de bedoeling een dialoog aan te wakkeren hierover”, vertelt Benjamin Caton.
Tekst gaat verder onder de foto

Dekoloniseren
De dekoloniale herdenking vindt plaats bij het monument aan het Olympiaplein, dat vroeger het Van Heutsz-monument heette. Van Heutsz speelde onder andere een belangrijke rol in de decennia durende oorlog die poogde Atjeh onder koloniaal bestuur te krijgen. Nu draagt het de naam Monument Indië-Nederland. “Hopelijk gaat het in de toekomst Monument Indonesië-Nederland heten. Het monument is aan het dekoloniseren en wij gaan daarin mee. Het dekolonisatieproces zal altijd blijven doorgaan. Het is niet zo dat je de ene pijn moet ontkennen om de andere te erkennen, ook niet als ze verschillen. Het begrijpen van de ene pijn kan juist helpen om de andere pijn te begrijpen”, stelt hij.
De herdenking trekt een divers publiek aan, zoals Indonesisch, Indisch, Papoea, Moluks en Chinees-Indisch. Hoewel de herdenking verschillende generaties aantrekt, vermoedt Caton dat het de herdenking met de meeste jonge mensen is. “Een grote groep voelt zich niet vertegenwoordigd in de nationale herdenking vanwege het koloniale karakter”, vervolgt hij. De reacties op de dekoloniale herdenking zijn dan ook bijzonder: “Ik had een keer een Indonesische vrouw huilend aan de telefoon omdat ze het zo waardevol vindt dat dit bestaat. Van veel Indische mensen hoor ik dat ze zich eindelijk thuis voelen op een herdenking.”
Familie
Wat herdenkt hij zelf? “Heel veel tegelijk, ik ben er eigenlijk het hele jaar mee bezig. Herdenken is verweven door mijn leven. Ik herdenk alles waar deze herdenking voor staat, zoals koloniale pijnen, de pijn van drie van mijn drie Indische – liever zeg ik Indonesisch-Europese – grootouders die naar Nederland moesten komen en het feit dat njai’s in mijn familie niet werden erkend”, vertelt Benjamin Caton. Hij legt uit dat hij van Joodse, Europese en Indonesische komaf is. “De hele familie van mijn opa is overleden in een interneringskamp. Ook de vader en broer van mijn oma zijn gestorven in een kamp. Mijn opa heeft als jongetje vijf jaar op straat doorgebracht. De opa van mijn moeders kant, zijn zussen en moeder leefden als buitenkampers, ze waren op de vlucht”, zegt hij.
Intergenerationeel trauma
Trauma dat doorwerkt op volgende generaties, zoals oorlogstrauma, heet intergenerationeel trauma. Benjamin Caton: “Ook ik ken de consequenties van intergenerationeel trauma. Met Indisch zwijgen voel je dat er van alles is dat onbesproken blijft. Het uit zich bij mij vooral in een minderwaardigheidsgevoel, het dienstbare, jezelf verontschuldigen en geïnternaliseerde zelfhaat. Hiermee omgaan is een proces dat tot mijn dood zal duren, je moet niet denken dat het ooit af is.”
Het opzetten van de dekoloniale herdenking is voor hem ook een manier om hiermee om te gaan. “De Indonesische kant van mijn familie, die lang is ontkend, krijgt hierdoor ruimte. Dat doet me veel. Ik ben blij dat dit verhaal een podium krijgt”, licht Caton toe.
Femke Halsema
Deze week werd bekend dat de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema zich terugtrekt als spreker bij de Amsterdamse Indiëherdenking, omdat de dochter van Raymond Westerling is uitgenodigd als spreker. Tijdens de onafhankelijkheidsoorlog (1945-1949) werden (vermeende) Indonesische guerrillastrijders met ‘methode-Westerling’ via standrechtelijke executies op Sulawesi vermoord. In een verklaring schreef Halsema: “Een zeer ongepaste en pijnlijke keuze op een dag waarop we alle slachtoffers herdenken, niet alleen die aan Nederlandse zijde.” Ze heeft ervoor gekozen om te spreken op de Dekoloniale Indonesië-Nederland Herdenking. “Super tof”, reageert Benjamin Caton, “het was wachten tot ze zou komen.”
Programma dekoloniale herdenking 16 augustus:
20:00 Gong Tirta
20:10 Speech Benjamin Caton
20:20 Speech Karina Rukmini Binol
20:30 Molukse muziek van Lisa Noya, Nippy Noya en Wim Lohy
20:40 Speech Papoea-activist Julia Jouwe
20:50 Gedicht en Indonesisch lied van Robin Block
21:00 Speech Femke Halsema & Bart Vink
21:10 Speech Marion Bloem
21:20 Muzikale improvisatie op de viool van Esther Apituley (alternatief voor de militaire taptoe)
21:25 Twee minuten stilte
21:27 Gong Tirta
21:40 Afsluitende woorden en kranslegging